with an eye for quality
Winkelwagen is leeg

NSDAP Golden Party Badge '9452'

Beschrijving

NSDAP Gouden Partijabzeichen '7129' (Goldenes Parteiabzeichen). Het gouden partijabzeichen van de NSDAP werd ingesteld door een besluit van 'Adolf Hitler' op 13 oktober 1933. Het Abzeichen was er om de leden met een lidnummer onder de 100.000, die onafgebroken lid waren geweest vanaf de heroprichting van de NSDAP op 17 februari 1925, te eren. Slechts 22.282 van de eerste 100.000 leden kwamen in aanmerking voor het Gouden Partijabzeichen. Dit is de grote 30,5mm uitvoering van de firma Deschler. Het Abzeichen toont hetzelfde design als het standaard lidspeldje, maar dan omrand door een witte rand en een gouden krans van eikenbladeren. Het abzeichen is gemaakt van vuur-verguld koper, de opstaande metalen randjes en letters in het emaille gedeelte zijn verzilverd. Het Abzeichen heeft géén emaille beschadiginen, enkel wat hele lichte krasjes en sporen van gebruik en dracht. Het Abzeichen is op de achterzijde 'Ges.Gesch.' gemarkeerd. Het plaatje onder de naald/haak constructie is maker gemarkeerd door de firma 'Deschler & Sohn' uit München 9, vanzelfsprekend is de naald/haak constructie functioneel. Het lidnummer van de drager is op de achterzijde gegraveerd: '9452'.

Dit was het lidnummer van NSDAP lid 'Paul Wilhelm Schneider'. Paul Schneider werd geboren op 20 juli 1892 in Westhofen. Sinds 1919 runden de voormalige leraar en zijn vrouw Dorothea (geboren 19 september 1892), geboren Heckenmüller, het molenbouwbedrijf van zijn schoonvader aan de Dorfstrasse 28 in Itzehoe.

Paul en Dorothea Schneider behoorden tot de nationaal-socialistische notabelen van Itzehoe. Schneider was al sinds het begin van de jaren twintig enthousiast over etnische ideeën. In 1923 richtte hij samen met de Wilster-leraar Dietrich Klagges (1891-1971) een ‘Werkgroep voor Wereldbeschouwingen’ op, in wiens wekelijkse bijeenkomsten ideologische en politieke kwesties werden besproken. In 1925, kort voor de oprichting van de Sleeswijk-Holstein Gau op 1 maart, sloot het echtpaar Schneider zich aan bij de NSDAP. Paul Schneider was medeoprichter en lokale groepsleider (Ortsgruppenleiter) van de lokale Itzehoer NSDAP-Ortsgruppe, Dorothea nam de leiding over van de Steinburger nationaal-socialistische vrouwenvereniging (NS-Frauenschaft). Op dat moment verscheen Schneider in het openbare leven in Itzehoe voornamelijk als propagandaspreker. Ook organiseerde hij optredens voor Joseph Goebbels en andere propagandisten en was een van de bedenkers van de 'Schleswig-Holsteinischen Tageszeitung', het dagblad voor Sleeswijk-Holstein. Het huis van de Schneiders was een ontmoetingsplaats voor nazi-leiders die voor agitatiedoeleinden in de regio waren: Goebbels verbleef er meerdere keren en in 1929 was Adolf Hitler te gast.

In 1927 gaf Schneider de leiding over de lokale groep op en werd plaatsvervanger van Gauleiter Hinrich Lohse. Vanaf 1931 werkte hij als “Gaukulturwart” en van 1933 tot 1934 als districtsinspecteur (Gauinspektor). Vervolgens trok hij zich terug uit het actieve partijwerk en wijdde hij zich voornamelijk aan de molenbouw. Hij bleef trouw aan de nazi-ideologie: zijn inzet verschoof van propagandistisch werk naar het bevorderen van prehistorisch onderzoek, dat destijds werd gekenmerkt door de cultus van de mythische Germaanse voorouders en de bloed- en bodemideologie.

In 1935 nam Paul Schneider opnieuw een politiek ambt over. Als regionaal hoofd van de cultuur huldigde hij in 1938 de nazi-voorouderlijke cultusplaats Germanengrab in. Hij was actief in het stadsparlement van Itzehoer als raadslid vanaf 1935 en als gemeenteraadslid vanaf 1939. In 1940 werd hij benoemd tot NSDAP-districtsleider (NSDAP-Kreisleiter) voor het district Steinburg. Hij bekleedde dit ambt echter op vrijwillige basis en delegeerde de dienst aan algemeen directeur Walter Bilkau, die vanaf 1943 het ambt van districtsleider fulltime bekleedde.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog schakelde ook de Heckenmüller molenbouwfabriek grotendeels over op oorlogsproductie. Het gebied rond het fabrieksgebouw werd op 2 mei 1945 getroffen en verwoest door Britse luchtbommen. De aanval zou hebben plaatsgevonden omdat de familie Schneider duidelijk een hakenkruisvlag op hun huis had gehangen. Dit gerucht kan niet worden bewezen, maar het is een indicatie dat de Schneiders in de stad bekend stonden als leidende nationaal-socialisten.

Na de overgave van de Wehrmacht op 8 mei 1945 werd Paul Schneider gearresteerd en in 1946 veroordeeld tot tweeënhalf jaar internering, en Dorothea Schneider tot elf maanden. Gedurende deze tijd bleven beheerders de molenfabriek runnen, die werd herbouwd na het bombardement in 1945/46. Paul Schneider werd in 1948 vrijgelaten en in 1949 werd het bedrijf weer in zijn bezit gebracht. Vanaf dat moment wijdde hij zich aan het bedrijfsleven en vrijwilligerswerk, bijvoorbeeld bij de plaatselijke vereniging. Paul en Dorothea Schneider konden hun positie als succesvolle ondernemers en gerespecteerde burgers herwinnen en woonden in Itzehoe tot hun dood op respectievelijk 30 april 1974 en 12 mei 1985. De molenbouwfabriek Heckenmüller bestond tot deze in 1982 failliet ging.

Zeldzaam origineel Gouden Parteiabzeichen met historie!

Gebruikte bron: www.steinburger-geschichte.de/drittes-reich/paul-schneider
Foto: Landesarchiv Schleswig-Holstein

Artikelafbeeldingen
CB0705_28
CB0705_32
CB0705_47
CB0705_6